Bronaanpak tegen valgevaar wordt vaak als lastig of onmogelijk gezien. Niks is minder waar…
Bronaanpak is de eerste optie die bekeken moet worden bij het wegnemen van valgevaar, zo staat in de arbeidshygiënische strategie. De volgorde van maatregelen is eigenlijk heel logisch. Het eerste niveau en dus de eerste oplossing die bekeken moet worden, is het wegnemen van het gevaar bij de bron. Dat wil zeggen dat de oorzaak van het probleem weggenomen moet worden om ervoor te zorgen dat het risico niet meer voor kan komen. Bij werken op en aan gebouwen is ‘hoogte’ de oorzaak van het risico voor een val. Wil je dit risico bij de bron aanpakken, moet gezorgd worden dat de hoogte niet meer bestaat en vallen dus niet meer kan.
Slim ontwerpen
Door al bij het ontwerp rekening te houden met het onderhoud op en aan het gebouw is bronaanpak vaak mogelijk. Hier ligt dus een schone taak voor architecten en ontwerpers. Gelukkig heeft de BNA (Bond Nederlandse Architecten) een uitgebreid document opgesteld, die als leidraad moet dienen voor architecten bij het ontwerpen van een veilig te onderhouden gebouw. In dit document (V&G Ontwerpwijzer) staat uitgebreid omschreven welke keuzes architecten kunnen maken voor het veilig werken, en wat de juiste volgorde is van deze maatregelen. Hierin staat duidelijk dat er bij valgevaar alleen van de arbeidshygiënische strategie afgeweken mag worden als het eerste niveau (bronaanpak) technisch niet uitvoerbaar is. Dit betekent dat economische of esthetische redenen ongeldige argumenten zijn. In veel gevallen komt het erop neer dat een ontwerp aangepast moet worden om veilig onderhoud mogelijk te maken.
Controle bij de vergunningsaanvraag
De ontwerper moet zijn keuze voor veiligheidsmaatregelen onderbouwen met behulp van de ‘Checklist voor veilig onderhoud gebouwen’ als bijlage bij de omgevingsvergunning. B&W moet hierop toezien en mag een onderbouwde verklaring vragen van een veiligheidsexpert. In het document wordt verder aangegeven dat ook de werkplek veilig bereikt moet kunnen worden. Als valgevaar aan de orde is bij het betreden van de werkplek op hoogte zullen veilige toegangsvoorzieningen dus niet vergeten moeten worden bij het ontwerp.
Bronaanpak bij bestaande bouw; gebouweigenaar is verantwoordelijk
Naast de ontwerpende partij hebben gebouweigenaren de verantwoordelijkheid voor het veilige onderhoud van hun gebouw, als het gebouw eenmaal in gebruik is. Architecten noemen dit de ‘dossierfase’; en bij oplevering van een gebouw moet in het dossier omschreven staan hoe dit onderhoud gedaan kan worden. Als dit niet bekend is, kunnen bronmaatregelen genomen worden door bijvoorbeeld de airco-units niet op het dak te plaatsen, maar in een technische ruimte. Of door onderhoudsvrije materialen te kiezen.
Omdat bronmaatregelen soms geen technisch haalbare opties zijn bij bestaand vastgoed, wordt er gekeken naar de volgende stap in de arbeidshygiënische strategie. Dat zijn de Collectieve maatregelen.
Vlindar ondersteunt architecten bij het realiseren van een veilig te onderhouden gebouw. Zowel voor de ontwerpfase als de dossierfase heeft Vlindar experts in dienst die toezien op het dossier Veilig werken tijdens onderhoud door:
- ontwerpbegeleiding,
- het onderbouwen van de Checklist voor veilig onderhoud gebouwen,
- controleren van de vergunningsaanvraag,
- opleiden en trainen.
Vlindar ondersteunt gemeenten door:
- begeleiding en controle van de vergunningsaanvraag op het gebied van veilig onderhoud en;
- door het organiseren van trainingsdagen voor medewerkers die de vergunningsaanvragen behandelen.
Bron: V&G Ontwerpwijzer (BNA), Bouwbesluit 2012.